Tien jaar geleden stond mijn wereld op zijn kop. Ik werd geconfronteerd met een uitdaging die ik niet had zien aankomen en waarvan ik dacht dat het mij nooit zou overkomen: een burn-out. Die periode in mijn leven was gevuld met onzekerheid, uitputting en machteloosheid. Ik voelde me compleet verloren. Wat volgde was een wankele weg naar herstel. Uiteindelijk heeft dit mij sterker gemaakt en ben ik nu de persoon die ik wil zijn, zonder compromis.
In deze blogserie "De schaamte voorbij" deel ik mijn persoonlijke verhaal*. Van de dieptepunten tot de momenten van doorbraak. Ik nodig je uit om met me mee te kijken, te luisteren en te voelen.
Sophie heeft zichzelf net van de badkamervloer gesleept na een nacht vol maagklachten en andere misère. Gek genoeg voelt ze zich eigenlijk best goed. Ze heeft Marko dan ook overtuigt dat hij met een gerust hart aan het werk kan gaan.
Sophie smijt vol overgave kushandjes naar Marko terwijl hij de hoek van de straat omloopt. ‘Tot straks lekker ding!’. ‘Tot zo, schatje!’. Ze vist haar telefoon uit haar broek om Maya te bellen. Ze ontgrendeld de telefoon en haar gezicht betrekt. ‘Shit…’ In haar beeldscherm staat heel groot ARBO. Die afspraak was ze helemaal vergeten. Ze zoekt naarstig bij haar berichten of er ook een van de bedrijfsarts tussen zit, nee, niets te vinden. Er is wel een ander nieuw bericht binnen gekomen: ‘Hallo Sophie, ik begreep van Irene dat je ziek thuis zit. Als je wil praten, kan je me altijd bellen. Lonneke’ Lonneke was haar steun en toeverlaat geweest tijdens haar vroege jaren als leidinggevende. Ze was haar gids en voorbeeld geweest toen ze eigenlijk nog geen flauw benul had van wat de functie eigenlijk inhield. Al ruim voor Sophie officieel onder haar leiding viel, was Lonneke een fijne sparringpartner voor haar geweest. Tot ze ongeveer een jaar geleden naar een andere locatie ging en alles anders werd.
Sophie schrikt op van haar overpeinzingen wanneer haar telefoon twee keer zacht trilt. Een automatisch bericht in volledige hoofdletters verschijnt op haar scherm: U BENT NIET OP DE GEPLANDE AFSPRAAK VERSCHENEN. WIJ GEVEN UW AFWEZIGHEID DOOR AAN DE AANVRAGER. U KUNT VIA DE AANVRAGER EEN NIEUWE AFSPRAAK INPLANNEN. “Shit, shit, shit.” Sophie is nog lang geen zes weken ziek, maar Cathelijne had erop gestaan dat de bedrijfsarts meteen ingeschakeld zou worden. Sophie zat er al helemaal niet op te wachten en nu heeft ze ook dat telefoontje nog gemist. Ze weet hoe streng Cathelijne is op het nakomen van afspraken rondom verzuim, dus dit zou niet lekker vallen. De aanvrager van de afspraak is Cathelijne. “Shit!”. Ze denkt er even over na en besluit terug te bellen. Ze verbaasde zich over haar proactieve houding, ze dacht dat ze dat helemaal niet meer kon. Zie je wel, vandaag is een goede dag. Ze heeft zowaar weer een klein beetje van haar veerkracht terug. Voordat haar telefoonangst de kop weer opsteekt drukt ze resoluut op het groene telefoontje. Nog voor ze de telefoon goed en wel aan haar oor heeft herkent ze het typische geluid van de robotstem van de automatische voicemail: ‘Het nummer dat u belt is momenteel niet bereikbaar. Spreek na de toon een bericht in.’ Die arts heeft dus niet eens de moeite genomen om even een persoonlijk berichtje in te spreken op zijn voicemail. Nu heeft ze dus echt een probleem. Zuchtend sleept ze zich de trap op en zet de computer aan. Misschien heeft ze een mailtje gekregen. Terwijl haar computer geluiden maakt alsof hij gaat opstijgen, staart Sophie uit het raam naar de bomen in de straat. Het bleke zonnetje weerkaatst in de ramen van de flat aan de overkant en streelt zacht de eerste zachtgroene blaadjes. ‘Gadverdamme, het is nog woensdag ook.’ Ze hoort zichzelf mompelen en lacht zuur. Ook toen ze niet ziek was werkte ze altijd op haar vrije dag, dus waarom zou het nu anders zijn? Ze voelt de opstandigheid opborrelen. Dit is toch te gek voor woorden? Zijn ze helemaal van de pot gerukt. Wie bedenkt het überhaupt om op haar vrije dag een afspraak met de bedrijfsarts in te plannen. Haar is niets gevraagd! Hardhandig drukt ze de uitknop van haar computer in die met een verontwaardigde zucht het opstartproces afbreekt. Ze grijpt haar telefoon en sigaretten en rent de trap af.
Normaal gesproken is Sophie een enorme koukleum, toch voelt ze de kou nauwelijks als ze in rap tempo door haar straat heen beent. Hoekje om, nog een hoekje om en dan ziet ze het gebouw waar Maya woont voor zich opdoemen. Ze voelt aan de deur van de gezamenlijke ingang. Met een klik duwt ze het glazen gevaarte moeiteloos open. Blijkbaar is het automatische slot nog steeds niet gemaakt. Ze snelt de twee trappen op en overbrugt de eerste helft van de galerij met een paar grote stappen. Ze belt aan. Hopelijk komt het uit. Normaal belt Sophie altijd eerst even voor ze langs komt, maar ze wilde het risico niet lopen dat Maya nee zou zeggen. Dat is misschien heel egoïstisch, maar dat kan haar nu even helemaal niets schelen. Ze heeft echt even een vriendin nodig. Maya doet met een verbaasde blik de deur open; ‘Sophie, is er iets?’ Zonder op antwoord te wachten stapt ze aan de kant en maant dat Sophie binnen mag komen. Haar blik veranderd in begrip en ze draait zich om richting de keuken. Terwijl Sophie haar jas ophangt mompelt ze een bedankje. Vanuit de keuken hoort ze Maya: ‘Colaatje?’. ‘Ja, lekker!’. Sophie voelt dat haar schouders iets ontspannen. Ze loopt naar de bank en trekt haar schoenen uit. Ze gaat in de kleermakerszit op de bank zitten en steekt een sigaret aan. Maya volgt al snel.
Sophie begint te vertellen. Toen ze onderweg was had ze verwacht dat de tranen meteen over haar wangen zouden rollen. Dat doen ze niet. Nu nog niet in ieder geval. Sophie vertelt het verhaal van gisteren, de klotenacht die erop volgde en hoe haar ochtend was verlopen. Ze vertelt over de achtbaan aan emoties en het enorme effect dat Cathelijne op haar heeft. Ze vertelt hoe haar lichaam had gereageerd op het telefoontje van Cathelijne. Hoe haar handen begonnen te zweten, hoe haar vingers trilden, hoe ze licht in haar hoofd en week in haar benen werd. Ze vertelt over de knoop in haar maag en de spanning in haar schouders. Terwijl ze het vertelt wordt ze heen en weer geslingerd tussen boosheid en schaamte. Ze is boos omdat Cathelijne haar dit aandoet. Ze schaamt zich omdat ze het zover heeft laten komen. Ze analyseert er lustig op los. ‘Cathelijne en ik zijn gewoon heel anders, snap je. Zij is gewend dat mensen naar haar luisteren en verwacht dat je doet wat ze zegt. Ze vindt dat mensen zich moeten schikken en sluit geen compromissen. Ze is continu bezig met een politiek spelletje, er is altijd wel een dubbele agenda. Ik kan daar niks mee.’ Maya kijkt haar met een neutrale blik aan. ‘Ja, dat is inderdaad niks voor jou. Ik vind het zo knap dat je precies je vinger op de zere plek weet te leggen. Je kan er echt prima met afstand naar kijken. Dat kon ik echt niet toen ik er middenin zat…’ Sophie moet hier even over nadenken. ‘Ja, dat is ook een beetje mijn probleem denk ik. Ik analyseer echt alles kapot. Ik kan niet eens echt boos worden op wat Cathelijne allemaal doet, omdat ik altijd ook de andere kant wil zien. Het zou zo lekker zijn om gewoon eens ongenuanceerd onredelijk te kunnen zijn…’ Maya kijkt haar met een opgetrokken wenkbrauw aan. ‘Je bent al wel vaker echt boos geweest op Cathelijne, maar dan ging het niet om jou. Weet je nog, dat gedoe met Frederique?’
* Uit privacyoverwegingen zijn namen en persoonlijke kenmerken in dit verhaal aangepast.